vrijdag

interview mentor

Mijn stageschool is De Droomballon in  Nieuwkerken. Hieronder ga ik het schoolklimaat van mijn stageschool in kaart brengen. Hiervoor heb ik een interview afgelegd bij mijn mentor van het 1ste leerjaar.

Vragen en antwoorden: 

1. Hoeveel lesuren spenderen jullie aan muzische opvoeding? 
Muzische vorming op zich: 3 uur per week. Tijdens de lessen Wero wordt muzische vorming vaak geïntegreerd.

2. Welke visie hanteren jullie omtrent muzische lessen?
We splitsen de muzische lessen op in: drama, muziek en beeld. Een herfst-, winter- en lentewandeling komt ook aan bod met verscheidene soorten opdrachten.

3. Welke deeldomeinen van MO geven jullie?
Van het 1ste tot het 3de leerjaar zijn dit drama, muziek en beeld. In het 4e, 5e en 6e leerjaar worden er op onze school meer deeldomeinen gegeven: media, beeld, muziek actief, muziek passief, drama.

4. Volgen jullie een bepaalde muzische leerlijn?
We volgen de doelen uit het leerplan en maken daar zelf lessen rond.

5. Werken jullie rond een bepaald jaarthema? 
Nee, we werken vaak rond het thema van wero of de typische gebeurtenissen: Sinterklaas, kerst en Nieuwjaar.

6. Heeft u een voorkeur voor een bepaald onderdeel? Zo ja, waarom?
Ik geef graag beeldende opvoeding. De kinderen zijn vrij om binnen een opdracht hun eigen creatieve ideeën te ontwikkelen en uit te werken. Ze zoeken tijdens het proces naar oplossingen en leren met verschillende materialen te werken. Het product is telkens bij iedereen anders en ik vind het mooi hoe iedereen er zijn eigen ding van kan maken.

7. Welke deeldomeinen geeft u liever niet? Waarom?
In onze klas zijn er geen deeldomeinen die ik liever niet geef. Muziek passief zou me het minst aanspreken. Ik heb daar minder interesse in en dan is het moeilijker om dat enthousiast op de leerlingen over te brengen en daar lessen rond te maken.

8.Doen jullie actief mee aan een klasoverschrijdend project?
Dit doen we zelden.

9. Hebben jullie er al eens voor gezorgd dat de hele school muzisch in beweging kwam? 
Dit jaar hadden we een thema over ‘kunst’. De knutselwerkjes gingen naar het goede doel. Elk leerjaar maakte iets anders.

10. Zetten jullie de leerlingen aan om extern (buiten de school) ook met Muzo bezig te zijn? 
Sommige leerlingen uit de klas nemen graag papier, stiften, potloden,… mee naar
de speelplaats. Dit laten we toe zodat ze op de speelplaats ook tekeningen,… kunnen maken. Verder spoor ik ze daarin niet bewust aan.

11. Zijn er momenten voorzien om aan de ouders te tonen wat de leerlingen gemaakt hebben?
De leerlingen krijgen hun werkjes steeds mee naar huis. We gaan ook een kerstkroontje maken dat de kinderen op hun hoofd mogen zetten tijdens het voorlezen van hun nieuwjaarsbrief.

Samenvatting interview:

Deze school werkt samen met gavertje vier in Belsele en hebben samen werkgroepn gemaakt. Zo is er voor elke graad, per deeldomein 1 leerkracht verantwoordelijk. De school vindt het dan ook belangrijk dat alle leerkrachten meewerken, en eventuele ideeën deelt met andere leerkrachten. Per week wordt er minimum 3 uur muzo gegeven, maar dit is vaak veel meer omdat het geïntegreerd is in het vak Wero. Het is ook heel opvallende dat de school in de eerste 3 leerjaren minder deeldomeinen geven dan de 3 hogere leerjaren. Ze werken niet rond een bepaald jaarthema, maar rond de thema's van Wero.

Actiepunten: 

Om het muzisch klimaat in mijn stageschool te versterken, heb ik een interview afgelegd, dit samengevat en hieronder stel ik 2 actiepunten voor ogen.

Actie 1: Alle deeldomeinen in alle leerjaren en meer lesuren per week. 

Volgens mijn mentor wordt er in het 1ste, 2de en 3de leerjaar maar 3 deeldomeinen gegeven. Om dit schoolklimaat te versterken zou ik de andere 3 deeldomeinen ook zeker integreren. Wanneer er dan ook meer uren worden gegeven per week, kan je alle deeldomeinen aan bod laten komen. 3 Uur per week is het wettelijk bepaald minimum, maar ik vind dit persoonlijk te weinig. De leerlingen werken ook vaak aan eenzelfde werkstukje, voor een paar weken omdat het niet afgeraakt. Wanneer je meer uren per week geeft en kleinere opdrachten, kunnen ze meer dingen maken en meer experimenteren/proeven van de verschillende deeldomeinen. Je kan de deeldomeinen zo aanpassen dat het voor elk leerjaar toepasbaar is.

Actie 2: Werken met een jaarthema

Het werken rond een jaarthema is leuk voor de leerlingen omdat ze dan hulp krijgen van een figuurtje. Ze moeten dit figuurtje helpen doorheen het hele jaar door allerlei activiteiten te doen binnen alle deeldomeinen. Dit is ook positief voor mijn vorig actiepunt, namelijk dat ze zo in aanraking komen met alle deeldomeinen. Op het einde van het jaar wordt dan ook alles tentoon gesteld rond dat jaarthema. Dit is voor leerlingen motiverend.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten